De Wmo in Zaanstad

Laatste update: 7 oktober 2013

Over het onderzoek
Mensen met een ziekte of medische beperking kunnen niet in staat zijn om het eigen huishouden te voeren. Sinds de invoering van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning (Wmo) in januari 2007 verstrekt de gemeente in dit soort gevallen huishoudelijke hulp. 1 op de 30 Amsterdammers maakt gebruik van deze huishoudelijke hulp. Via de Wmo kunnen burgers ook zelf huishoudelijke hulp inkopen.Dit gebeurt met een persoonsgebonden budget (Pgb). Burgers krijgen dan een geldbedrag van de gemeente waarmee ze zelf bepalen wie hun de benodigde hulp levert. Dankzij de Wmo kunnen personen die hulp nodig hebben, meer hun eigen leven vormgeven en baas in eigen huis blijven.

Dat klinkt mooi, maar een Pgb heeft ook schaduwzijden. Voor de burger komen er administratieve lasten bij kijken. Iemand met een Pgb wordt namelijk ook werkgever. Diegene moet aan de gemeente laten zien dat het geld echt is gebruikt voor het inkopen van huishoudelijke hulp. Tegelijkertijd is er voor de gemeente het risico dat de houder van het Pgb het budget niet gebruikt voor huishoudelijke hulp, maar voor andere zaken.

Wij onderzochten in 2009 of de gemeente Zaanstadde Pgb’s voor huishoudelijke hulp op zo’n manier verstrekt, dat dit leidt tot een financieel beheersbaar proces voor de gemeente en een heldere, toegankelijke regeling voor de burger. Vier jaar laten voerden een opvolgingsonderzoek uit. Daarin keken we wat het college heeft gedaan met onze aanbevelingen uit 2009.

Status
Het onderzoek is gepubliceerd op 21 april 2009. Lees de resultaten en conclusies in het eindrapport. Tot slot publiceerden we het opvolgingsonderzoek op 7 oktober 2013. Bekijk de rekenkamerbrief voor de belangrijkste conclusies. En lees de gedetailleerde resultaten in het onderzoeksrapport.

Tijdlijn

7 oktober 2013

Publicatie opvolgingsonderzoek

21 april 2009

Publicatie

Gerelateerd onderzoek

Toegang tot ambulante ondersteuning en dagbesteding

Mantelzorgondersteuning

De Wmo in Amsterdam